Real Astrology, Willem Simmers

De vier temperamenten m.b.t. ziekte en gezondheid

 

Kennis van de temperamenten geeft met name de klassiek werkende astroloog een stevige verankering in de grondslagen van de astrologie. Maar ben je helemaal niet thuis in de astrologie of vind je het maar een hoop onzin, dan kan het wellicht toch interessant voor je zijn te weten hoe men in vroegere tijden, onder aanvoering van de arts Hippocrates (ca. 460-370 voor Christus, vader van de moderne geneeskunde) over de temperamenten dacht. Zijn invloed was zéér groot. Tot op de dag van vandaag dient de aankomende arts alvorens hij of zij het diploma in ontvangst mag nemen, nog steeds de eed van Hippocrates af te leggen. Dit zegt in feite alles over de impact die Hippocrates heeft gehad op de geneeskunde.

 

De inzichten met betrekking tot de invloed van de temperamenten evenwel, kwam niet geheel en al uit de bevindingen van Hippocrates. Hippocrates borduurde voort op het werk van ene Empedocles (492-ca. 432 v.Chr.), die behalve arts ook staatsman en filosoof was. Volgens Empedocles bestond alles uit een mix van de vier eeuwige elementen, vuur, aarde, lucht en water, die hij indeelde in twee paren met tegengestelde en overlappende kwaliteiten. Dat klinkt misschien wat ingewikkeld maar het komt neer op het volgende: Aan het element vuur en lucht kende hij warme/hete kwaliteiten toe. Daarmee overlappen vuur en lucht elkaar. Tegelijkertijd zijn de twee andere kwaliteiten behorende bij vuur en lucht, droog en nat, tegengesteld aan elkaar. Onderstaand overzichtje toont je hoe de elementen samenhangen.

 

Vuur en lucht 

Vuur, heet en droog  / Lucht, heet en nat

Aarde en water

Aarde, koud en droog  / Water, koud en nat

 

Zoals gezegd, Hippocrates werkte de visie van Empedocles verder uit. Hij koppelde wat destijds de humores werden genoemd (menselijke ‘basissappen/vochten’), aan de elementen. Hij ging uit van de veronderstelling dat de humores verantwoordelijk waren voor het lichamelijke én geestelijke functioneren van de mens. Het lichaamssap/humor gele gal koppelde Hippocrates aan het element vuur, zwarte gal aan het element aarde, bloed aan het element lucht en slijm aan het element water (zie schema verderop)

 

Het cholerische type: vuur, heet en droog, gele gal

Wanneer iemands ziektesymptomen terug te voeren waren op een teveel aan gele gal, dan zag hij hierin een aanwijzing van een teveel aan vuur en daarmee aan een te veel aan hitte en droogte. Men was een cholerische type.

 

Het melancholische type: aarde, koud en nat, zwarte gal

Wanneer iemands ziektesymptomen terug te voeren waren op een teveel aan zwarte gal, dan zag hij hierin een aanwijzing van een teveel aan aarde, te veel koude en droogte. Men was een melancholisch type.

 

Het sanguinische type: lucht, heet en nat, bloed

Hadden de ziektesymptomen te maken met een teveel aan bloed, dan zag hij hierin een aanwijzing van een teveel aan lucht en daarmee een teveel aan hitte en vocht. Men was een sanguinisch type.

 

Het flegmatische type: water, koud en nat, slijm

Was er als laatste sprake van teveel aan slijm, dan zag hij hierin een aanwijzing voor een teveel aan water, ofwel, een teveel aan kou en vocht. Men behoorde daarmee tot het flegmatische type.

 

De horoscoop

Hippocrates die naar het schijnt stelde dat als een arts niet ook een astroloog was, hij geen goede arts kon zijn, baseerde zijn diagnose mede op de horoscoop van zijn cliënten. De horoscoop kent namelijk dierenriemtekens, met kenmerken van de elementen

 

De tekens Ram, Leeuw en Boogschutter zijn vuurtekens.

De tekens Stier Maagd en Steenbok zijn aardetekens.

De tekens Tweelingen, Weegschaal en Waterman zijn luchttekens.

De tekens Kreeft, Schorpioen en Vissen zijn watertekens.

 

Een horoscoop laat zien in welke tekens de diverse planeten staan. Een horoscoop waarbij de meeste planeten zich in de vuurtekens bevonden, was voor Hippocrates een indicatie dat zijn cliënt weleens tot het ‘cholerische type’ zou kunnen behoren. De ziektesymptomen hadden dan waarschijnlijk te maken met een teveel aan vuur (hitte, droogte) en daarmee een teveel aan gele gal.

Onderstaand schema laat zien hoe dit alles is ingedeeld. In dit schema zie je ook dat er planeten zijn die van nature meer affiniteit met bepaalde elementen (en seizoenen) hebben.

 

De zon en mars zijn gekoppeld aan het element vuur.

Saturnus is gekoppeld aan het element aarde

De maan en venus zijn gekoppeld aan het element water

Jupiter is gekoppeld aan het element lucht.

Mercurius wordt doorgaans gekoppeld aan het element aarde, maar deze planeet heeft een wisselende invloed wat dit betreft, daarom staat hij in het midden van dit overzicht.

 

 

Dit systeem verschafte Hippocrates de basis van waaruit hij, indien nodig, een behandelplan opstelde voor zijn patiënten. Zij die zich bezighouden met traditionele medische astrologie spreken liever niet over de elementen maar enkel over de humores. Daarmee maken ze duidelijk dat ze het hebben over specifieke kernwaardes (kwaliteiten heet, koud, droog en nat) van de elementen, die verantwoordelijk zijn voor onze lichamelijke balans en/of disbalans.

 

Vandaag de dag gebruiken we deze temperamenten-terminologie niet zo heel vaak meer. Als we ze al gebruiken dan is dat om daarmee, kort door de bocht, aan te geven dat iemand een hittepetit is (vuur, de cholericus), een somberman (aarde, de melancholicus), een zorgeloze optimist (lucht, de sanguinicus) of een dromerige slaapwandelaar (water, de flegmaticus).

De astroloog die zich niet heeft toegelegd op medische astrologie gebruikt de temperamenten, naast nog een heleboel andere zaken, voornamelijk voor het in kaart brengen van iemands karakter en gedrevenheden. Maar als het gaat om uiterlijke, lichamelijke kenmerken dan kan er het volgende over worden gezegd:

 

Het cholerische type

Het cholerische type is in de regel wat kleiner dan gemiddeld. Althans, voor wat in een bepaalde cultuur of landstreek de ‘norm’ is. Zo zijn bijvoorbeeld de Nederlanders en ook de Denen over het algemeen wat langer dan de Spanjaarden. Het lichaam is stevig gebouwd (gespierd) en, door de bank genomen goed van proportie. Men heeft een energiek voorkomen, een ferme tred en heldere blik.

 

Het melancholische type

Het melancholische type is over het algemeen wat aan de slanke kant (kan op latere leeftijd veranderen). Men heeft een gemiddelde lengte maar ook dit is weer afhankelijk, net als dit geldt voor het cholerische type, van de landstreek of plaats op aarde waar men geboren is. Men heeft een wat vermoeid ogende (soms droevige) blik, een trage manier van voortbewegen waarbij het hoofd vaak wat naar beneden is gericht.

 

Het flegmatische type 

Aan het uiterlijk van het flegmatische type is doorgaans niet goed af te lezen met wat voor een persoonlijkheid je als buitenstaander te maken hebt. De gestalte is vaak kleiner dan gemiddeld en men heeft een bleke huid en enigszins vormeloze gelaatstrekken. Men is in de regel goed ‘gevuld’ om maar niet meteen het woord ‘vadsig’ te gebruiken en neigt daarmee naar zwaarlijvigheid. Hun tred is wat sloffend (soms waggelend). Hun blik is een mengelmoes van vriendelijk vragend tot afstandelijk observerend.

 

Het sanguinische type

Het sanguinische type is wat langer dan gemiddeld, doorgaans slank, tot wat wel wordt genoemd, volslank of ‘gezet’. Men heeft een enigszins ‘verende’ tred, jeugdige uitstraling. Ze praten met hun handen en hebben in de regel een vriendelijke en speelse blik.

 

Natuurlijk is het maar zelden zo dat iemand voor honderd procent tot een van de hier geschetste typen behoort. Er zal altijd een afweging gemaakt moeten worden van alle astrologische factoren die hierbij een rol spelen.

 

De informatie van dit artikel m.b.t. de geschiedenis van de temperamenten, komt voor een belangrijk deel uit het werk van Demetra George: Temperament, Astrology's Forgotten Key.

Lees voor meer informatie over bovenstaande en andere astrologische onderwerpen mijn boek:

KLASSIEKE ASTROLOGIE EENVOUDIG EN TOEPASBAAR GEMAAKT VOOR DE MODERNE ASTROLOOG. Te bestellen bij:

Bol com en Uitgeverij Hajefa